Kabouter Plop

Plop komt in het kabouterbos wonen om een melkherberg te beginnen. Hier ontmoet hij zijn nieuwe vrienden: Lui, Klus en Kwebbel. Plop toont hem trots zijn slingergrammofoon. Al gauw ontdekken ze dat de slinger van de grammofoon ontbreekt.

Kwebbel is jarig, tijd voor een feest! De kabouters verdelen de taken. Klus zorgt voor de versiering, Plop en Lui voor een overheerlijke taart. Als Plop en Klus Kwebbel gaan halen, krijgt Lui de opdracht om de taart in de gaten te houden.

Op een dag komt Klus aangelopen in de melkherberg. Hij beweert de beste loper te zijn van héél het kabouterdorp. Plop besluit om Klus uit te dagen in een heuse loopwedstrijd. Lui neemt de belangrijke taak van scheidsrechter op zich.

De kaboutervrienden zitten nieuwsgierig te wachten op de verrassing van Klus. De verrassing is een wip. Iedereen staat te popelen om de wip uit te proberen. Wanneer Lui in slaap valt op de wip, zitten de kabouters met een probleem...

Luitje heeft te veel gegeten en zit opgescheept met de hik. Plop probeert zijn vriend te helpen om van de hik af te komen, maar niets helpt. Zelfs in zijn slaap blijft de arme Lui hikken. Maar dan heeft Plop een geniaal idee!

Klus heeft weer iets in elkaar geknutseld: een zitbankje. Alle kabouters willen het bankje graag uitproberen. Er is echter een probleem: op het bankje kunnen slechts twee kabouters per keer zitten en zo ontstaat er snel ruzie...

De kabouters spelen samen verstoppertje. Lui zit goed verstopt en niemand kan hem vinden. Plots horen de kabouters een vreemd geluid. Zou er een beest in de melkherberg zitten? Lui is in gevaar, want hij is nog steeds niet gevonden!

Plopperdeplopperdeplop, nu is het genoeg! Plop, Lui en Kwebbel zijn het beu dat Klus hen voortdurend kietelt. De kaboutervrienden bedenken samen een geheim plannetje om Klus de kietelaar terug te pakken.

Plop heeft zin om een boek te lezen. Hij wordt echter flink gestoord door het gesnurk van Lui. Plop is een slimme kabouter en hij stopt watten in zijn oren. Hierdoor hoort hij niets meer, zelfs niet dat Kwebbel en Klus op bezoek zijn.

Wat is Plop toch een goede vriend! Hij organiseert voor zijn beste kaboutervrienden een heus plopkoekenfeest. Klus is dol op plopkoeken, hij beweert zelfs dat hij alle plopkoeken die Plop gebakken heeft in zijn eentje kan opsmullen.

Kwebbel en Klus zitten 'kabouter-erger-je-niet' te spelen in de melkherberg. Plots komt Lui aanzetten met zijn nieuwe trommel. Lui weet niet van ophouden en trommelt zo hard dat de andere kabouters er helemaal gek van worden.

Klusserdeklusserdeklus! Klus heeft weer iets bijzonder gemaakt: een zeilboot. Al zijn kaboutervrienden zijn erg onder de indruk. Lui wil de boot graag eens uitproberen. Ze hadden het kunnen weten: Lui valt zoals altijd weer in slaap.

Plop, Lui en Klus zitten gezellig plopkoeken te eten in de melkherberg. Klus wijst de kabouters erop dat je van te veel plopkoeken eten een dikke buik krijgt. Om dit te voorkomen, besluiten de kaboutervrienden aan sport te gaan doen.

Op een dag komen Kwebbel en Lui de melkherberg binnen gestormd. Ze zijn erg bang, want ze hebben een spook gezien. Een poosje later komen ze erachter dat Klus het spook was. De kabouters besluiten om Klus een koekje van eigen deeg te geven.

Plop is aan het poetsen in zijn melkherberg. Plots struikelt hij over een balletje. Hij legt het weg zodat de anderen er niet over zouden struikelen. Niet veel later komen Kwebbel en Klus langs. Zij hebben Lui zien huilen in het bos.

Kwebbel en Klus komen al ruziënd de melkherberg binnen. Ze maken ruzie over wie recht heeft op hun pas gevonden schat. Plop stelt voor om de inhoud van de kist eerlijk te verdelen onder hun twee. Er is één probleem: de kist kan niet open.

Plop krijgt bezoek van zijn goede vriend, Lui. Lui is helemaal niet blij, hij heeft verschrikkelijke tandpijn. Zijn kaboutervrienden proberen hem van de pijn af te helpen, maar zelfs de mopjes van Klus helpen niet.

Groot nieuws! Kwebbel en Lui hebben vernomen dat Klus het dorp zal verlaten om op wereldreis te gaan. Even later komt Klus voorgoed afscheid nemen van zijn kaboutervrienden. Al snel ontdekken ze dat het zonder hem maar een saaie boel is.

Plop komt aan met een kruiwagen vol boomstammetjes. Klus komt op bezoek en heeft meteen een leuk idee. Wat als hij met deze stammen eens een toren bouwt? Maar ook Kwebbel heeft zin om te bouwen. Plop organiseert een wedstrijdje.

Plop heeft een kaartenhuisje gebouwd waar hij erg trots op is. Hij wil dan ook niet dat iemand het huisje aanraakt. Lui komt langs met de post en Plop vraagt hem om op het huisje te letten terwijl hij hout gaat sprokkelen.

De kabouters hebben afgesproken om samen te kaarten. Als Plop en Klus aankomen in de herberg, ontdekken ze dat Lui nergens meer te bespeuren is. Het is bijna donker en de kabouters hebben hun vriend nog steeds niet teruggevonden.

Alle kabouters zitten gezellig samen in de melkherberg van Plop. Plots begint het stevig te onweren. Kwebbel vindt zo'n onweersbuitje wel gezellig. Lui daarentegen is erg bang. Klus doet stoer en beweert dat hij nergens bang van is!

Klus vertelt zijn kaboutervrienden dat hij graag zou willen vliegen. De andere kabouters proesten het uit. Kabouters kunnen toch helemaal niet vliegen. Klusserdeklusserdeklus, dan kennen ze Klus nog niet!

Plop zit een spannend boek te lezen in zijn melkherberg als hij plots gestoord wordt door Kwebbel. Kabouter Kwebbel kan maar niet stoppen met kwebbelen. Plop belooft haar vijf plopkoeken als ze een uur lang haar kwebbel kan dichthouden.

Plop moet nog zoveel klusjes opknappen dat hij geen tijd heeft om zijn herberg te poetsen. Kwebbel biedt haar hulp aan. Plop gaat ondertussen hout sprokkelen in het bos. Wanneer hij weg is, komen Klus en Lui aan in de herberg.

Kabouter Plop heeft een cadeautje gekregen van zijn tante Pap: een flesje likeur. Het drankje valt helemaal niet in de smaak bij Kwebbel en Plop. Klus daarentegen vindt het erg lekker en drinkt het ganse flesje in één teug leeg.

Plop is druk in de weer. Hij moet heel veel plopkoeken bakken. Wanneer zijn bloem op is, vraagt hij aan Kwebbel om een extra zak te gaan halen. Kwebbeldekwebbeldekweb, opgepast! Want een zak bloem lijkt heel erg op een zak cement.

Plop, Lui, Kwebbel en Klus zitten te kaarten in de melkherberg. Plop merkt plots op dat het buiten heel erg mistig is. Lui legt uit dat mist erg gevaarlijk kan zijn. Klus wil hem natuurlijk niet geloven en wil de mist trotseren.

Lui kan niet meer slapen en dat maakt hem erg ongelukkig. De kaboutervrienden proberen er alles aan te doen om hun vriend te helpen. Warme plopmelk, een slaapliedje, een verhaaltje,... Maar helaas, niets helpt.

Plop maakt heerlijke ploppap. Hij moet even weg en vraagt Lui om hulp. Over tien minuten moet hij drie lepels suiker aan de pap toevoegen. Plop vertrouwt het zaakje niet en vraagt zowel aan Kwebbel als aan Klus om Lui te controleren.

Plop, Lui en Klus zijn samen in de melkherberg wanneer Kwebbel komt binnenstormen. Ze is erg overstuur, want ze heeft zonet een everzwijn gezien in het kabouterbos. Zowat alle kabouters zijn bang van everzwijnen, behalve Klus natuurlijk...

Lui brengt zoals iedere dag de post rond. Plop krijgt een brief met een flauwe grap in. Kwebbel daarentegen krijgt een wel heel speciale brief. Zij is dolgelukkig wanneer ze denkt dat Lui met haar wil trouwen.

Lui heeft een heel lang touw gevonden in het bos en brengt het naar de melkherberg van Plop. Plop heeft een leuk idee: een wedstrijdje touwtrekken. Wanneer Klus langskomt, daagt hij alle andere kabouters uit om het tegen hem op te nemen.

Plop is alweer druk aan het bakken. Hij maakt een taart voor Kwebbel. Klus kan het niet laten om voortdurend van de taart te proeven. Plop stuurt hem weg. Dan komt Kwebbel met een idee om Klus eens en voor altijd een lesje te leren.

Arme Lui, hij heeft met zijn vinger tussen de deur gezeten. Gelukkig zijn er zijn kaboutervrienden, Plop en Kwebbel, om hem te verzorgen. Als Klus merkt dat Lui door zijn vrienden zo in de watten wordt gelegd, is hij een beetje jaloers.

Lui geeft Plop een springtouw cadeau. Plop is er reuzeblij mee en begint meteen te springen. Niet veel later komt Kwebbel op bezoek. Ze ziet Plop met het springtouw en wordt erg boos. 'Kwebbeldekwebbeldekweb, dat is mijn springtouw!'

Plop is weer druk in de weer in zijn keuken. Hij is bezig met een ketel rijstpap te maken. Klus is dol op rijstpap en probeert stiekem van de pap te proeven. Wanneer Plop plots binnenkomt, schrikt hij zo erg dat zijn bril in de ketel valt.

Plop wil zijn was ophangen en ontdekt dat zijn wasdraad te kort is. Klus biedt zijn hulp aan. Hij zal het uiteinde van de draad omhoog houden tot de was droog is. Al snel krijgt hij pijn in zijn arm en schakelt de hulp van Kwebbel in.

Kwebbel is erg trots op haar nieuwe parelsnoer en wil het aan iedereen laten zien. Klus is erg nieuwsgierig en wil het snoer van dichterbij bekijken. Per ongeluk trekt hij iets te hard aan het snoer en de parels rollen over de grond.

Plopperdelopperdeplop, vanavond geeft plop een feest en daar hoort overheerlijke, zelfgebakken taart bij! De kabouters zullen moeten wachten tot de avond valt om van de taart te kunnen smullen, maar Klus heeft geen zin om te wachten.

De kabouters hebben samen gegeten. Zoals afgesproken zullen Klus en Lui zich ontfermen over de afwas. Afwas? Daar wordt Lui heel moe van en hij valt in slaap. Klus vindt dit niet leuk en bedenkt een plan om de afwas proper te krijgen.

Plopperdeplopperdeplop, Plop heeft weer zwaar werk voor de boeg. Hij moet drie grote zakken vuil naar de kaboutervuilnisbelt brengen. Klus verzekert Plop dat als hij wat fitter en sterker is, hij deze karwei zeker kan klaren.

Kwebbel heeft een nieuwe hobby, ze wil leren zingen. Ze oefent in de melkherberg van kabouter Plop. Haar gezang klinkt helaas niet zo goed in de kabouteroren van haar vrienden. Zij bedenken een list om haar te doen stoppen met zingen.

Kabouter Plop heeft een probleem: zijn schoorsteen zit verstopt. Uiteraard staat Klus meteen klaar om hem te helpen. Hij kruipt in de schoorsteen om het probleem op te lossen, maar dan komt hij vast te zitten. Ploppedeploppedeplop, wat nu?

Klus is weer druk in de weer met flauwe grappen uithalen. Dit keer gaat hij aan de slag met een tube lijm. Zo kleeft hij bijvoorbeeld de lekkere plopkoek van Plop vast. De kaboutervrienden hebben hun buik vol van Klus zijn grappen.